De IJsvogelwand: Een natuurlijke oplossing voor een kwetsbare Soort

De ijsvogel (Alcedo atthis) is een van de meest iconische vogelsoorten van Nederland. Met zijn felblauwe en oranje uiterlijk trekt hij direct de aandacht. Maar de ijsvogel kent een kwetsbaar bestaan. Hij is afhankelijk van specifieke broedlocaties en visrijke wateren. Om de soort te ondersteunen, kan er gebruik gemaakt worden van een ijsvogelwand. Dit artikel bespreekt het belang, de plaatsing en het onderhoud van deze wanden als effectieve maatregel voor soortbescherming.

Broedgelegenheid

Het belang van broedgelegenheid voor ijsvogels

IJsvogels graven hun nestgangen in steile, onbegroeide oevers of stevige wortelkluiten langs het water. In veel landschappen zijn dergelijke natuurlijke nestplekken schaars geworden, mede door menselijk ingrijpen in de waterhuishouding. Hierdoor ontstaan er gebieden waar voldoende voedsel aanwezig is, maar geen geschikte broedlocaties. Door het plaatsen van een ijsvogelwand kan dit probleem verholpen worden.

Onze betonnen ijsvogelwand is ontworpen als een kunstmatige broedlocatie die voldoet aan de natuurlijke voorkeuren van de ijsvogel. Met drie zorgvuldig geplaatste nestgaten biedt de wand een stabiele, veilige broedplek en voorkomt hij instorting van de nestgangen, een van de risico’s bij natuurlijke oevers.

De ijsvogel meet ongeveer 16 tot 17,5 cm in lengte en heeft een spanwijdte van 23 tot 24 cm. Het gewicht varieert tussen de 35 en 55 gram.

Deze vogelsoort komt voor in heel Europa, met uitzondering van IJsland. Zijn habitat omvat zowel stromende als stilstaande, heldere en visrijke wateren met steile oevers in bossige of halfopen omgevingen.

Het dieet van de ijsvogel bestaat voornamelijk uit kleine visjes van 3 tot 6 cm. Vanaf een uitkijkpunt speurt hij het water af en duikt pijlsnel naar beneden om zijn prooi te vangen. Na de vangst slaat hij het visje dood tegen een tak voordat hij het opeet.

De broedperiode loopt van eind maart tot en met augustus. IJsvogels graven nesttunnels in steile oeverwanden of boomkluiten, die tot wel een meter diep kunnen zijn. Een legsel bestaat uit 4 tot 8 witte eieren, die na een broedtijd van 18 tot 21 dagen uitkomen. Beide ouders verzorgen de jongen, die na ongeveer 22 tot 28 dagen het nest verlaten.

Hoewel de maximale geregistreerde leeftijd van een ijsvogel 21 jaar is, wordt de gemiddelde levensduur in het wild geschat op ongeveer 7 jaar.

Plaatsing

De plek van plaatsing

Een zorgvuldige afweging

De locatie van een ijsvogelwand is essentieel de ingebruikname van de wand als nestplek. De wand moet geplaatst worden nabij helder, visrijk water en in een rustige omgeving zonder frequente verstoring door mensen of predatoren.

Daarnaast zijn enkele omgevingsfactoren van belang:

  • Minimale waterdiepte: Er moet minstens 75 cm diep water voor de wand aanwezig zijn, zodat ijsvogels vrij kunnen duiken en foerageren.
  • Beschutting: Overhangende takken en nabijgelegen bomen bieden schaduw en schuilplekken voor pas uitgevlogen jongen.
  • Nestgangoriëntatie: De ingang moet idealiter gericht zijn op een gebied met minimale menselijke verstoring en voldoende visaanbod.

Plaatsing buiten het broedseizoen (september-februari) wordt aangeraden om verstoring te minimaliseren. Eventueel kunnen voorgeboorde nestgangen van circa 30 cm diep de ingebruikname van de wand versnellen.

Unitura's ijsvogelwand

Onze L-vormige ijsvogelwand is een ideale oplossing om deze soorten een veilige en functionele broedplaats te bieden. De wand is vervaardigd uit beton en voorzien van drie zorgvuldig geplaatste nestgaten, die voldoen aan de behoeften van ijsvogels.

IJsvogels zijn afhankelijk van geschikte nestplaatsen, zoals steile, onbegroeide oevers of stevige wortelkluiten. Met deze broedwand creëren we een kunstmatige oever die perfect aansluit op hun natuurlijke voorkeuren.

Onderhoud en monitoring

Hoe onderhoud ik een ijsvogelwand?

Een ijsvogelwand vereist jaarlijks onderhoud om optimaal functioneel te blijven. In januari of februari moet de wand gecontroleerd worden op begroeiing en mogelijke instorting. Mossen en planten die zich aan de wand hechten, moeten voorzichtig verwijderd worden, omdat een overbegroeïng het graven van nestgaten voor ijsvogels belemmert. Daarnaast is monitoring belangrijk:

  • Voer visuele inspecties uit vanaf een afstand, vooral tijdens het broedseizoen (maart-augustus).
  • Let op ijsvogels die regelmatig de nestgangen in- en uitvliegen, wat wijst op broedsucces.

Controleer op braakselresten en schubben rondom de nestopening.