Beheer

Het eerste jaar na aanleg van een bloemenweide vraagt intensief beheer. Planten blijven laag en onkruiden zoals Melde en Perzikkruid groeien snel, vooral bij zaaien in het voorjaar. Maaien op 10 cm hoogte en het afvoeren van het maaisel helpt de gewenste soorten ruimte te geven. Vanaf het tweede jaar is het beheer afhankelijk van de bodem. Op schrale zandgronden is één maaibeurt per jaar in september voldoende, terwijl op voedselrijkere gronden tweemaal maaien (meestal in juni en september) nodig kan zijn. Bij vergrassing kan maaien in mei helpen, en op zeer voedselrijke bodems kan driemaal maaien per jaar noodzakelijk zijn.

Soorten in dit mengsel

• Achillea millefolium/Gewoon duizendblad
• Anthriscus sylvestris/Fluitenkruid
• Briza media/Bevertjes (Klein trilgras)
• Campanula rotundifolia/Grasklokje
• Carum carvi/Karwij
• Centaurea jacea/Knoopkruid
• Cichorium intybus/Wilde cichorei
• Crepis biennis/Groot streepzaad
• Daucus carota/Peen
• Galium verum/Geel walstro
• Hypochaeris radicata/Gewoon biggekruid
• Knautia arvensis/Beemdkroon
• Leontodon hispidus/Ruige leeuwentand
• Leucanthemum vulgare/Gewone margriet
• Linaria vulgaris/Vlasbekje
• Lotus corniculatus/Gewone rolklaver
• Malva moschata/Muskuskaasjeskruid
• Matricaria chamomilla/Echte kamille
• Medicago lupulina/Hopklaver
• Plantago lanceolata/Smalle weegbree
• Prunella vulgaris/Gewone brunel, bijenkorfje
• Rumex acetosella/Schapenzuring
• Sanguisorba minor subsp. minor/Kleine pimpernel
• Trifolium repens/Witte klaver
• Vicia sativa subsp. nigra/Smalbladige wikke